Beleidsplan SBHFL 2020

Inleiding

De SBHFL heeft tot doel de kwaliteit van de opleiding tot hartfunctielaborant te bevorderen en om te faciliteren dat de kwaliteit van reeds werkende hartfunctielaboranten behouden blijft en zich verbeterd. 1 In het “Beleidsplan 2020” van de SBHFL vindt u terug op welke wijze de stichting dit jaar zal gebruiken om die doelen te bereiken. Omdat de algemene bestuurlijke kaders volgen uit de specifieke functies van de SBHFL, is de indeling van het document daar op aangepast.

Opleiding tot hartfunctielaborant

De SBHFL bevindt zich in een veranderend opleidingslandschap voor hartfunctielaboranten en heeft binnen dit landschap de taak een kwalitatief hoogwaardige opleiding van hartfunctielaboranten te bevorderen. Daar waar de opleiding van hartfunctielaboranten in het verleden hoofdzakelijk werd aangeboden door een beperkt aantal opleidingsinstituten en vooral werd gedaan door werkenden in de (cardiovasculaire) zorg, ziet de SBHFL dat er toevoegingen worden gedaan aan dit opleidingslandschap niet alleen gericht op werkenden, maar ook op schoolverlaters. Omdat er een tekort aan hartfunctielaboranten bestaat dat in de nabije toekomst verder zal toenemen, is deze verbreding in het opleidingscontinuüm buitengewoon welkom. Binnen deze verandering is het voor de SBHFL van belang dat er een eenduidig kwaliteitskader bestaat voor de opleiding van hartfunctielaboranten dat landelijk wordt gedragen en gebruikt. Daarnaast is het belangrijk dat het opleidingsprogramma, met een medisch-technisch karakter, flexibiliteit kent en aansluit op reeds bestaande zorgopleidingen. Dit vraagt om een verregaande professionalisering van zowel de opleiding van hartfunctielaboranten alsmede het toezicht daarop. Om deze doelstelling te verwezenlijken hebben NVVC, NHV en SBHFL besloten het toezicht op de hartfunctieopleiding stapsgewijs te verschuiven naar het College voor Zorg Opleidingen (CZO). Het CZO is een landelijke onafhankelijke organisatie die toezicht houdt op de kwaliteit van functiegerichte zorgopleidingen, met als doel effectief en eenduidig opgeleide zorgprofessionals volgens de opleidingseisen. Het CZO erkent en auditeert zorgopleidingen, registreert studenten en draagt bij aan de verbetering van opleidingen. CZO is onder andere betrokken bij het Flex Level initiatief van de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU) en de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen (NVZ). Vanuit dit project wordt gewerkt aan duurzame verbetering van het opleidingsaanbod voor gespecialiseerde verpleegkundigen en medisch ondersteunend personeel in Nederland, waarbij modulair opleiden een belangrijke rol speelt.2 NVVC, NHV en SBHFL denken dat het CZO naar de toekomst toe de juiste partner is om de doelstellingen voor de hartfunctieopleiding mee te verwezenlijken. Omdat de organisatie van CZO opleidingen verschilt van de huidige organisatie, heeft dit besluit belangrijke consequenties voor de reeds bestaande opleidingsprogramma’s. Om die reden zal het onderbrengen van de hartfunctieopleiding bij het CZO gebeuren in een gefaseerd proces, waarbij studenten die reeds zijn begonnen aan een opleidingstraject niet zullen hoeven overstappen naar een andere opleidingsorganisatie. Momenteel werken NVVC, NHV, SBHFL en andere beroepsverenigingen aan het vaststellen van profielen van de beroepen binnen het domein van de hartfunctielaborant, de zogenaamde beroeps competentieprofielen (BCP). Hierin staat samengevat wat kan worden verwacht van een beroepsbeoefenaar binnen een bepaald domein. De verwachting is dat deze beroepsprofielen medio 2020 zullen zijn afgerond, waarna het CZO in overleg met de beroepsgroep deze BCPs zal verwerken in opleidingseisen. Vervolgens moeten de aanbieders van de hartfunctieopleidingen (zowel theorie aanbieders als praktijkaanbieders!) zorgen dat hun opleidingsprogramma’s aansluiten bij deze opleidingseisen en accreditatie aanvragen bij het CZO. Om die reden is de verwachting dat 2020 nog zeker gebruikt zal moeten worden voor de noodzakelijke voorbereidingen en niet reeds voor de implementatie van een nieuw opleidingsprogramma voor hartfunctielaboranten.

Omdat voorgenoemd proces dus nog enige tijd in beslag zal nemen, is het advies van de SBHFL om het starten van de opleiding tot hartfunctielaborant niet uit te stellen. De duur van de opleiding tot hartfunctielaborant zal niet wezenlijk veranderen,  er is een tekort aan opgeleide hartfunctielaboranten en er is capaciteit om hartfunctielaboranten op te leiden. De SBHFL adviseert daarom aan eenieder die dat overweegt om het opleidingsprogramma direct te starten.

Momenteel zijn er meerdere HBO-bachelor programma’s die zich richten op studenten die van de middelbare school afkomen en een medisch technische of een zorg ondersteunende vervolgopleiding willen doen. Deze opleidingen willen studenten graag de gelegenheid geven om af te studeren als algemeen hartfunctielaborant. De opleiding Biometrie van de Hogeschool Zuyd3 en Bachelor Medische Hulpverlening van de Hogeschool Arnhem Nijmegen4 zijn voorbeelden van reeds bestaande opleidingen, de Hogeschool Saxion in Deventer heeft een dergelijk opleidingsprogramma in ontwikkeling. De SBHFL wil het vak van hartfunctielaborant aantrekkelijk maken voor deze studenten door deze bachelor programma’s te waarderen met de accreditatiestatus  “algemeen hartfunctielaborant”, zodat de studenten na het doen van een post-HBO kopmodule als gespecialiseerd hartfunctielaborant kunnen werken. De SBHFL in een vergevorderd stadium met deze opleidingen om dit te effectueren en de verwachting is dat dit in 2020 is afgerond.

Om op een gestructureerde manier bij te kunnen dragen aan de veranderingen op het gebied van de opleiding van hartfunctielaboranten is binnen de SBHFL in een eerder stadium reeds besloten om de voormalige “examencommissie” en “onderwijscommissie” samen te voegen tot één “opleidingscommissie”. Deze commissie buigt zich op consultatieve basis over vraagstukken die worden ingediend bij de SBHFL en betrekking hebben op de inhoud van hartfunctie opleidingen. Vraagstukken van meer bestuurlijke aard worden voorgelegd aan het bestuur van de SBHFL. Daar waar de examen- en onderwijscommissie zich in het verleden primair bogen over opleidingsvraagstukken van de LOI opleiding, beantwoordt de opleidingscommissie vragen over alle opleidingen die zich richten op hartfunctielaboranten. Hierdoor zal de verhouding tussen de SBHFL en de LOI veranderen en zal ook de formele samenwerkingsovereenkomst gewijzigd worden. Om dit mogelijk te maken is er een tussentijdse afspraak met de LOI, waardoor het mogelijk is om van de geldende samenwerkingsovereenkomst af te wijken. Afhankelijk van het type vragen dat de komende tijd gesteld wordt aan de opleidingscommissie en de ontwikkelingen binnen het traject bij het CZO, zal worden vastgesteld wat de definitieve rol van de opleidingscommissie zal worden en op welke wijze de SBHFL zich tot de LOI zal verhouden.

Register van hartfunctielaboranten

Voor de registratie van bij- en nascholingspunten en voor controle op de kwaliteit van werkende hartfunctielaboranten heeft de SBHFL het register voor hartfunctielaboranten opgericht. Zodra een hartfunctielaborant begint aan de opleiding tot hartfunctielaborant bij de LOI, wordt hij of zij ingeschreven in het register. Vanaf dat moment konden ook behaalde punten voor bij- en nascholingspunten worden geregistreerd en kon dit systeem ook gebruikt worden voor de herregistratie van hartfunctielaboranten. In de loop der jaren is gebleken dat dit register qua toegankelijkheid en functionaliteit niet voldeed aan de verwachtingen. De functionaliteit en veiligheid van het bestaande systeem waren onvoldoende, de samenwerking met het softwarebedrijf voldeed niet aan de eisen en het was voor de SBHFL ook onmogelijk om binnen het bestaande systeem te voldoen aan de nieuwe privacy wetgeving (Wet AVG). Nog belangrijker was dat het binnen de oude digitale omgeving ook niet mogelijk was om up-to-date service te leveren aan SBHFL-geregistreerde hartfunctielaboranten. Om die reden heeft de SBHFL met een ander software bedrijf een nieuw systeem ontwikkeld dat in 2020 in gebruik genomen gaat worden. Dit nieuwe systeem is veel beter gericht op het bieden van service aan geregistreerde hartfunctielaboranten en geeft een heldere verbinding tussen de website van de SBHFL en het register. Het vinden van bij- en nascholingen zal veel makkelijker gaan en het koppelen van een gevolgde nascholing aan een account zal veel vlotter verlopen.

Accreditatiefunctie van de SBHFL

Naast de accreditatie van praktijkopleidingsplaatsen, is de SBHFL verantwoordelijk voor het vernieuwen van de accreditatiestatus van geregistreerde hartfunctielaboranten. Hoewel de eisen om in de prakrijk als hartfunctielaborant te mogen werken wel zijn vastgesteld, bood het oude registratiesysteem van de SBHFL onvoldoende houvast om ook toe te kunnen zien op het naleven van deze eisen. In 2020 zal de SBHFL streven naar een nieuwe en evenwichtige samenstelling van de accreditatiecommissie die belast is met de taak om de periodieke herregistratie van hartfunctielaboranten te effectueren. Daarnaast zal deze commissie zich buigen over de wijze waarop bij- en nascholingen worden geaccrediteerd. Onderwerpen die hierbij aan de orde zullen komen zijn enerzijds de kwaliteitscontrole, maar ook het accrediteren van onderwijs met moderne leervormen zoals eLearning.

Informatiefunctie van de SBHFL

Volgend uit de functie, krijgt de SBHFL veel vragen van en over (de opleiding van) hartfunctielaboranten. Deze informatievoorziening vindt plaats via de website, email en een enkele keer per telefoon. De SBHFL vindt  dat er moderniseringsslagen te maken zijn in de informatiefunctie en ziet dat als een belangrijke doelstelling voor 2020, waarbij getracht zal worden om de informatievoorziening zoveel mogelijk via de website te laten plaatsvinden.

Er bestaat vaak onduidelijkheid over de exacte functie van de SBHFL. Hoewel deze statutair is vastgelegd in samenspraak met NHV en NVVC, is dit niet duidelijk voor veel van de stakeholders van de stichting. Dit draagt er aan bij dat het imago van de SBHFL niet altijd even goed is.

Om verbetering op bovengenoemde punten te bereiken heeft de stichting tot doel om dit jaar een bestuurslid communicatie extern aan te wijzen die belast is met het verbeteren van de informatievoorzieningen en het imago van de SBHFL. Dit bestuurslid zal zich richten op modernisering van de website, zodat informatie goed te vinden is en de uitstraling service-gericht. Daarnaast moet de website aansluiten bij de behoeften van (geregistreerde) hartfunctielaboranten, andere stakeholders en het vak van hartfunctielaborant aantrekkelijk weergeven voor jongeren die het vak van hartfunctielaborant overwegen. Hier komt bij dat de SBHFL in het overleg met NHV en NVVC opnieuw de onderlinge taakverdeling zal vastleggen en communiceren naar zowel hartfunctielaboranten als cardiologen.

Algemeen

De secretaris van de stichting heeft een drukke taak binnen het bestuur. Een van de redenen is dat de informatiefunctie van de stichting volledig wordt gedragen door het secretariaat. Eerder genoemde maatregel over de informatiefunctie van de SBHFL website, zal het secretariaat van de stichting op de langere termijn ontlasten en ook de inrichting van het nieuwe registratiesysteem zal daarbij helpen. Daar staat tegenover dat er op de korte termijn extra druk ontstaat op het secretariaat door de in gebruik name van het nieuwe registratiesysteem, de onderbrenging van de opleiding bij het CZO en het accreditatieproces van HBO bachelor programma’s voor algemeen hartfunctielaborant. Om die reden zal het secretariaat worden uitgebreid met een medewerker naast de bestaande functie van secretaris.

Door verschuivingen in de functie van de SBHFL in het verleden en in de toekomst zijn de bestaande statuten, die in 1999 zijn opgemaakt, niet meer toereikend. DE SBHFL zal daarom in overleg met NHV en NVVC overgaan tot herziening van de statuten in 2020.

Samenhangend met de verschuiving in functie van de SBHFL zullen in de toekomst bepaalde diensten niet meer door de SBHFL worden verricht, terwijl van andere diensten juist intensiever gebruik gemaakt zal worden. Om de stichting financieel gezond te houden zal er in 2020 een nieuwe vergoedingsstructuur aan SBHFL diensten worden gekoppeld, zodat de stichting zijn werk kan blijven doen.

Op basis van de herziene statuten en de verkenningen op de overige beleidsterreinen en de wijzigingen in het financiële beleid van de stichting zal in het najaar van 2020 een meerjarig beleidsplan worden geformuleerd dat de richting van stichting weergeeft.

Bronvermelding

  1. https://sbhfl.nl/de-sbhfl/
  2. https://www.czo.nl/programma-czo-flex-level
  3. https://www.zuyd.nl/opleidingen/mens-en-techniek-biometrie?gclid=EAIaIQobChMIrd_C98Ld5gIVybTtCh0AjgpBEAAYASAAEgK0ZvD_BwE
  4. https://www.han.nl/opleidingen/hbo/medische-hulpverlening/voltijd/#

Nascholing in tijden van Covid-19

Door de Corona crisis is het onmogelijk geworden om face-to-face scholingsactiviteiten te organiseren. De SBHFL realiseert zich dat het hierdoor moeilijk is geworden voor hartfunctielaboranten om voldoende nascholing te volgen. Gelukkig zijn er ruim voldoende mogelijkheden om onderwijs ook digitaal aan te bieden en wij merken dat veel aanbieders van nascholing deze trend volgen. De SBHFL heeft besloten om per heden ook digitale en online vormen van onderwijs te accrediteren.

De SBHFL zal beginnen met het accrediteren van online scholingen van aanbieders die in die rol reeds bij ons bekend zijn. Een bindende voorwaarde voor accreditatie van online onderwijs voor hartfunctielaboranten is dat de aanbieder verantwoordelijk is voor het inzetten van interne kwaliteitscontrole. Hierbij kan gedacht worden aan het invullen van een online enquête na afloop van het onderwijs waarin de hartfunctielaborant kan aangeven wat zijn/haar mening is over de kwaliteit van het onderwijs. De resultaten van deze kwaliteitscontrole dienen na afloop van de scholingsactiviteit kenbaar te worden gemaakt aan de SBHFL. Het aanmelden van onderwijs voor accreditatie kan via de gebruikelijke route.

Deze uitbreiding van accreditatie mogelijkheden doen wij in reactie op de Corona crisis. Als blijkt dat deze vorm van onderwijs voor hartfunctielaboranten bevalt, zullen wij na het opheffen van de beperkende maatregelen beoordelen of deze regeling kan worden voortgezet en uitgebreid.